Verleg springend en werpend je eigen grenzen!

Bij atletiek denk je misschien vooral aan hardlopen, maar deze moeder aller sporten bestaat uit veel meer onderdelen. Zeker als je de Paralympische Spelen van Tokio hebt gevolgd dan weet je dat op de atletiekbaan ook wat af wordt gesprongen en geworpen. Fleur Jong werd bijvoorbeeld op haar twee blades paralympisch kampioen verspringen! Deze disciplines zijn ook heel gaaf om zelf uit te proberen bij een atletiekvereniging. Met verspringen, hoogspringen, kogelstoten en speerwerpen verleg je namelijk letterlijk je eigen grenzen!

Atletiek is eigenlijk een grote paraplu voor heel veel onderdelen op en rond de atletiekbaan. Het wordt ook wel de moeder aller sporten genoemd, omdat de historie van de atletieksport teruggaat naar de Griekse oudheid. Bij atletiek wordt een onderscheid gemaakt tussen hardlopen, springen en werpen. Die drie variaties kun je ook met jouw beperking uitproberen. We hebben eerder al de mogelijkheden bij de looponderdelen op een rijtje gezet. In dit artikel concentreren we ons op het springen en werpen, ook wel de technische onderdelen genoemd.

Verspringen en hink-stap-sprong

Als we het over springen hebben bij para-atletiek dan bedoelen we verspringen, hink-stap-springen en hoogspringen. Het verspringen is het onderdeel waar Fleur Jong in Tokio goud op behaalde. Zij sprong toen na een aanloop 6,16 meter ver in de zandbak. Bij dit onderdeel komen snelheid, techniek en timing samen. Je moet namelijk niet alleen voldoende vaart hebben, het is ook belangrijk dat je niet te vraag of te laat afzet voor je sprong. De hink-stap-sprong lijkt op verspringen met een extra moeilijkheid: je moet dan namelijk nog een hink en een stap zetten voor je springt.

Hoogspringen met één been

Bij hoogspringen komt weer een andere techniek kijken. Bij dit onderdeel spring je achterstevoren over een lat met je rug kromgebogen. Je mag de lat namelijk niet aanraken! Dat vraagt veel oefening, maar dat doe je natuurlijk niet gelijk met een lat op enorme hoogte. Je begint eerst eens met je rug mooi krom maken en dan op het kussen landen. Net als bij verspringen is de aanloop bij hoogspringen ook belangrijk. Als je de techniek onder de knie hebt kun je letterlijk boven jezelf uitstijgen. Het mooi is: dit kan met allerlei beperkingen. Er zijn zelfs hoogspringers met maar één been!

Kogelstoten en speerwerpen

Het werpen is weer een hele andere tak van de atletieksport. Daarbij gaat om het werpen van een kogel, discus, of speer. Dit zijn meer de krachtonderdelen binnen de atletiek. Als je wel eens een kogel of discus hebt vastgehouden dan snap je dat wel: daar heb je echt power voor nodig om die goed en ver weg te gooien. Maar met alleen kracht ben je er nog niet, want zoals met alle genoemde onderdelen is techniek net zo belangrijk. Bij kogel en discus is dat enigszins vergelijkbaar met een draaiende beweging voor het stoten. Speerwerpen komt ook aan op de goede richting, zodat de speer met een grote boog door de lucht gaat.

Iemand die daar alles van weet is Noëlle Roorda: in de paralympische finale in Tokio wierp ze haar speer verder dan veertig meter! Dat leverde haar het zilver op. Zij is geboren zonder rechterarm, maar ook met andere beperkingen kun je aan de werponderdelen meedoen. Lara Baars is daar een mooi voorbeeld van. Zij valt in de categorie voor kleine mensen (F40), waarin ze bij de Spelen van Rio 2016 nog brons haalde op het kogelstoten. In Tokio behaalde ze de zevende plek in diezelfde discipline.

Ben je benieuwd hoe jij met jouw beperking aan deze atletiekonderdelen kunt meedoen? Kijk dan op de atletiekpagina voor meer informatie of ga gewoon eens langs bij een atletiekvereniging bij jou in de buurt.

Bekijk ook dit filmpje over aangepaste atletiek voor extra inspiratie: